Voorwoord (fragmenten)

(...) “Uit het totaal aantal bundels - iets meer dan zestig - koos ik er 33, waaruit ik steeds drie gedichten selecteerde. (...) Als eerbetoon aan de bundel Hier is de tijd van Esther Jansma, selecteerde ik hieruit geen drie maar vier gedichten en daarmee was het hondertdal bereikt. (...)

Het werd in de voorgaande twee bloemlezingen al gesignaleerd: dichters zoeken steeds meer de ruimte. Erik Bindervoet en Kees 't Hart, om er slechts twee te noemen, kiezen de langere adem van het episch gedicht. Het is een interessante ontwikkeling in onze poëzie en om daaraan recht te doen heb ik de uitgever gevraagd voor 1998 wat meer papier ter beschikking te stellen. Mogelijk staat ook de voorkeur voor de cyclus, zoals bij Pieter Boskma, Peter van Lier of Koos Geerds, eveneens in het teken van de evolutie naar het epische. Hier werd de keuze moeilijker en in sommige gevallen zelfs onmogelijk: enkele bundels zijn zo hecht gecomponeerd, dat een selectie van drie gedichten in mijn ogen onzinnig werd (om die reden ontbreken hier enkele dichters die ik niettemin waardeer).

Wiljan van den Akker