Nine van der Schaaf - Naar het onzichtbare. 1929. Nederlandse Poëzie Encyclopedie

Behorend tot: jaaroverzicht 1929 versie: 17-10-2015

Dichter:
Nine van der Schaaf
Titel:
Naar het onzichtbare
Uitgeverij:
C.A. Mees, Santpoort
Jaar van verschijning: 1929
Omvang: 87 p.
Bijzonderheden: -

Google over dit boek
Bron scan; Antiquariaat Parnassos

Een door Henri Borel (in 1932) gekozen gedicht uit deze bundel:

GOUDVLINDER

Er luidde een klok en een landman spitte de vlakte,
Vogels omhoog kwinkeleerden hun luid lentelied.
Donker omlaag keek de man in de deugd van zijn arbeid,
Even omhoog in het luchtblauw, gram de gedachte:
Wie zal de vrucht oogsten, ik of de bende der roovers?
Dieper omlaag groef hij: wie zal mijn ziel grijpen,
God of de duivel? Lijflijk bestond hij zoo pover,
Schold naar het voog'lengebroed om de luidruchtige vreugde.
Dolf naar den god in den grond, die de vruchtbaarheid leidde.
Wachtte een moment, toen goudgeel een vlinder neerstreek
Neven zijn spa, waar zijn knoestige hand even poosde.

Nine van der Schaaf, 1929

Dit gedicht gaf Henri Borel als voorbeeld van Nine van der Schaafs poëzie in een artikel in Het Vaderland bij haar vijftigste verjaardag.

Nadere uitleg - in regel 4: gram de gedachte' - 'met de vertoornde of boze gedachte'; in de slotregel: 'Neven' - 'naast'.

Henri Borel. 'Nine van der Schaaf vijftig jaar.' Het Vaderland, 01-05-1932.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010014103:mpeg21:a0143

naar boven

Pagina aangemaakt: 17-10-2015.

Deze pagina is mede mogelijk gemaakt door:

Vrienden van de Nederlandse Poëzie Encyclopedie

partners

Webdesign Revan Barlas