Dichter:Vrouwkje Tuinman Titel: Wat ik met de sleutel moet Uitgeverij: Nijgh & Van Ditmar
Amsterdam
ISBN: 978-90-388-9393-8 Jaar van verschijning: 2011 Omvang: 56 p.
Een gedicht uit Wat ik met de sleutel moet, door de dichter zelf gekozen:
Beroemde laatste woorden
Vermoedelijk was het zoiets als 'shit'.
Of 'hé'. Je vader zegt vaak 'hé, hé' op
een manier die jij goed na kunt doen,
met een vraag erin, die me passend
lijkt als je een sloot inrijdt. Of 'ho'.
De auto was tenslotte maar geleend.
Je lijkt me ook wel iemand die al jaren
had gefantaseerd hoe het moment
suprême zou zijn. Die uitspraken had
voorbereid. Het schijnt dat Voltaire
terwijl hij stierf zijn eigen pols opnam,
om na te gaan hoe ver hij was.
Van wat hij erbij zei zijn vele versies.
Misschien heb jij iets opgeschreven
en herschreven maar uiteindelijk
in de auto waren er alleen maar water,
stukken ijs en glas, geen woord geen tijd.