Verantwoording van de redactie

Op verzoek van de Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren en in opdracht van de ministers van cultuur in Nederland en België werd voor de zeventiende maal getracht een staalkaart van de Nederlandse letterkunde, zoals die in het voorbije kalenderjaar in tijdschriften tot uiting kwam, in één boekje samen te persen.

Het bleek andermaal een ondoenlijke zaak. De redactie vleit zich met de hoop dat de veelzijdigheid van de Nederlandstalige poëzie tot haar recht is gekomen. In talloze facetten kan de lezer in deze bloemlezing constateren dat de brede rivier van de poëzie is uitgemond in een gevarieerde delta van bestaande en nieuwe stromen en strominkjes.

Met het proza is het, noodgedwongen, treuriger gesteld. Langere stukken komen vanzelf al nooit in aanmerking, en zelfs met de bijdragen van bescheiden omvang moet worden gewoekerd. Of de Conferentie, die haar peetvader is, de mogelijkheid zou kunnen overwegen het 'literaire' akkoord te splitsen in een poëtische en een prozaïsche noot kan de redactie helaas niet beoordelen.

Inmiddels hoopt zij uit de Noord- en Zuidnederlandse alsmede uit de Friese tijdschriften een keus te hebben gemaakt die zowel artistiek als documentair verantwoord is. Met 'n enkel woord wil zij daarbij wijzen op de bijdragen van Surinaamse huize, alle ontleend aan een speciaal nummer van Tirade, waarbij een opstel dat de nieuwsgierige lezer in Kritisch Akkoord zal aantreffen, fraai aansluit.

In dit Akkoord ontbreekt voor het eerst de naam van Dirk de Jong als redactiesecretaris. Toen het boekje werd samengesteld, volgde hij de werkzaamheden nog uit de verte; nu het verschijnt, is hij dood. De redactie rouwt om hem, samen met zijn vele vrienden in Noord en Zuid, waartussen hij een levend bindteken was.


Gerrit Borgers
Bert Decorte
Willy Spillebeen
Hans van de Waarsenburg
Ludo Simons, redactiesecretaris