Home
dichters
jaarlijsten
bronnen
COLOFON

Behorend tot: jaaroverzicht 1926                                                      versie: 02-03-2015

Vandalisme in 1926

Rotterdamsch Nieuwsblad, 14-01-1927.

Het werk der Tuchtbrigade in 1926.



Oók in het afgeloopen jaar heeft de Tuchtbrigade — aan welke, gelijk men weet, het toezicht op de jeugdige Rotterdammers op straat en in de openbare parken is opgedragen — weder veel goed werk verricht.

Aan verschillende politiebureaux en posthuizen werden ter zake kleine diefstallen, klimmen op monumenten, in het gras en in heesterperken loopen, belletje trekken, vuurtje stoken, voelballen op den openbaren weg, slingeren aan lantaarnpalen, auto- en trammetje wippen, steenen gooien, spelen om geld, vuurwerk afsteken, vernieling, schrijven met krijt op deuren, bloemen plukken, loopen op verboden terrein en op spoorbanen, 373 jongens “afgeleverd”. Voor de genoemde feiten werden aan de onderwijzers der betreffende scholen afgegeven 43 jongens, wijl 967 jongens “thuis” werden gebracht hun ouders in kennis werden gesteld van de door hun baldadige zoontjes gepleegde overtredingen. Verder werd in 3240 gevallen aan de ouders mededeeling van bedoelde feiten gedaan.

In beslag werden genomen 63 dobbelsteenen, 2473 speelkaarten, 491 voetballen, 25 catapulten, 1 zoeloephoon¹, 61 touwen, 43 vischhengels, 4 messen, 2 gewichten, 20 stukken krijt, 4 prikkaarten, 15 glazen erwtenblazers, 14 stuks vuurwerk en 44 kogels.

Voorts werden o.a. de volgende processen-verbaal opgemaakt: 210 wegens dobbelen, 320 wegens voetballen, 46 voor hangen aan tramwagens, 10 voor gooien met straatvuil, 5 wegens zwemmen, 2 wegens klimmen in palen of boomen, 2 wegens doorzoeken van vuilnisbakken, 34 processen-verbaal werden opgemaakt wegens overtreding der verordening ter voorkoming van gevaar van of bij brand (rooken in gangen) en 1460 oproepingen werden uitgereikt voor den Bevolkingsdienst.

Tenslotte werd in het afgeloopen jaar des Maandags en Dinsdag den geheelen dag en op andere dagen van 's avonds 8 tot 's nachts 2 uur dienst gedaan bij het toezicht op de landhaaien². Resultaat vermindering van het, aantal beroovingen van ƒ 66.000 in 1925 tot circa ƒ3200 in 1926.

Bron
: http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010513889:mpeg21:a0129

naar boven

¹ Zoeloephoon - Een "zoeloefoon" was een stok met rammelwerk en blikken.

De Schager Courant van 15-08-1928:

"ZOELOE-FOON-MISÈRE. - Overal klinkt het echt-Rotterdamsche instrument.
De Zoeloefoon is ontstaan uit eenvoudigen kunstdrang en even simpele hebzucht.
Zij moet bespeeld worden met vuile handen en een armoe-snuit.
Telken jare tegen den tijd waarin het vroeger kermis was, wordt zij gebouwd, in stilte op een achterplaatsje, om de buurjongens niet tot "kukurensje" te verleiden.
Totdat op een zomerzonnedag plotseling de meesterstukken met hun zoeloe-fonist op de hoeken der drukke straten verschijnen.
Dan is de straatjeugd ontembaar muzikaal; de speler heeft een mondorgel en soms een sjarreltonnend vriendinnetje bij zich, een schele sopraan ('t vrindje met de hardste stem-) en meeerdere helpers, casu quo invallers, die nu het leege toffeebusje met de gleuf moeten hanteren.
Even kijken of d'er geen "smeris" in de buurt is, en het concert begint.
Het gezelschap is tusschen 6 en 12 jaar, de blikjes op het instrument rammelen gesynopeerd, het harmonicaatje zeurt, de beentjes gaan kikkerachtig heen en weer, het publiek luistert en kijkt. (...)"
http://kranten.archiefalkmaar.nl/issue/SC/1928-08-15/edition/0/page/5

² Volgens de Van Dale is een landhaai: 1. kroegbaas die aast op het geld van de zeeman; ook wel voor ronselaar. 2. prostituée die klanten berooft. 

fl. 66.00 in 1925 = € 498.164,11 in 2014
fl. 3.200 in 1926 = € 25.070,82 in 2014 
(bron CBS, in beide gevallen met inflatiecorrectie).

Pagina aangemaakt: 02-03-2015.


  Deze pagina is mede mogelijk gemaakt door:



Vrienden van de Nederlandse Poëzie Encyclopedie

partners

     

© De Nederlandse Poëzie Encyclopedie, 2015

Webdesign Revan Barlas