Home
dichters
jaarlijsten
bronnen
COLOFON

versie: 01-05-2018 - redacteur: Bart FM Droog
Biografie | Dichtbundels |Bloemlezingen | Google | Bronnen


N.E.M. Pareau

Pseudoniem van:
H.J. Scheltema
Geboren te:
Groningen, 25-12-1906
Gestorven te:
Groningen, 02-12-1981
Volledige naam:
Herman Jan Scheltema
Naamsvarianten: -
Verder pseudoniem:
Mr. J.Jer. van Nes [als componist]



Foto: N.E.M. Pareau, 1946*


Zie ook: Groninger dichters

Rechtshistoricus, dichter en prozaïst.


Zoon van kinderarts (later hoogleraar kindergeneeskunde, 1909-1934) Gabbe Scheltema (1864-1951), en onderwijzeres Anna Berendina Alting (1867-1947).

Dichter | Interview | Naar Amsterdam | Hoogleraar in Groningen

Herman Scheltema bezocht aanvankelijk het Stedelijk Gymnasium in Groningen, maar stapte, nadat hij twee keer was blijven zitten, over naar de HBS in Assen, waar hij in 1925 eindexamen HBS-B deed. Kort daarna behaalde hij staatsexamen Gymnasium-A.

In Groningen begon Scheltema in 1925 aan een studie klassieke talen, maar hij stapte nog hetzelfde jaar over op de rechtenstudie. Hij was actief in het studentenleven, als corpslid - hij was abactis van de senaat van 'Vindicat atque polit' - en als muzikant. Hij volgde pianolessen bij componist Daniël Ruyneman en gaf uitvoeringen met het 'Studenten Muziekgezelschap Bragi.'

J.H.A. Lokin, oud-student van Scheltema en beheerder van diens nalatenschap: "Scheltema beoefende het pianospel op professioneel niveau - en componeerde als mr. J. Jer. van Nes zijn 'Hommage a' Groningue-Morceau pour le Pianoforte a deux mains, welk 'morceau' ongeveer halverwege onspeelbaar wordt door niet bestaande noten en sleutels." 

naar boven

Ook publiceerde hij gedichten en prozastukken in studentenbladen, onder het pseudoniem N.E.M. Pareau. Eind jaren twintig raakte Scheltema bevriend met Arnold Tammes, die als dichter opereerde onder het pseudoniem J.C. Noordstar.

E.W.A. Henssen, Scheltema's biograaf: "Inmiddels was Scheltema op 15 december 1930 geslaagd voor het doctoraalexamen Nederlands recht. Kort hierna aanvaardde hij een betrekking op een Amsterdams advocatenkantoor. Maar de balie bleek hem niet te liggen, zodat hij eind 1931 naar zijn geboorteplaats terugkeerde. Scheltema vestigde zich er als repetitor en leidde voorts op voor het notariaat en het belastingrecht. In Groningen ging hij weer op in een druk sociaal leven. Hij maakte er deel uit van de plaatselijke 'bohème' en onderhield onder meer contacten met leden van de schildersgroep 'De Ploeg'."

"Ebenhaëzer"

Hij was een vast bezoeker van Bodega Dik aan de Guldenstraat en van de Wolthoorn, in de Turftorenstraat. Met Tammes richtte hij uitgeverij en arthotheek "Ebenhaëzer" op. Bij dit 'bedrijf', dat eerder als grap dan als serieuze uitgeverij gezien moet worden, verschenen enkele eigen beheer-uitgaven. Een ervan was het door H. N. Werkman gedrukte...

... Pierement. Het 16 pagina's tellende boekje was geschreven door 'Community Singing', het collectieve pseudoniem van Halbo C. Kool, A.J.P. Tammes, Herman Poort en Scheltema. Volgens Ab Visser werd het boekje door het viertal tijdens de meikermis van 1930 op straathoeken verkocht. Een van de kopers was de toen 15-jarige Reinold Kuipers, de latere Arbeiderspers-uitgever.









naar boven

Ab Visser, in 1967: "Het zal kort na 1930 geweest zijn, dat ik het m.s. [manuscript] van een bundel christelijke verzen naar de onbekende uitgeverij „Ebenhaëzer" in mijn (toenmalige) woonplaats Groningen stuurde. Ik weet het adres niet meer, maar ik herinner mij nog wel, dat ik in vrezen en beven afwachtte, of mijn eerste bundel geaccepteerd zou worden. Het duurde twee jaar voor deze mij geretourneerd werd — door een feestwinkel die ook bruiloftsliederen drukte."

Visser: "Pas veel later kwam ik er achter dat de uitgeverij met de zo'n innig geloof uitstralende naam "Ebenhaëzer", een mystificatie was. (...) J. C. Noordstar en N. E. M. Pareau. (...) sprongen speels en nonchalant om met hun poëzie, die voor een groot deel in de Groningse studentenpers gedrukt werd, soms wel, soms niet ondertekend - met namen voluit, of initialen; ook ondertekende de een wel eens een gedicht van de ander met zijn naam. Er zit iets verrukkelijks in de achteloosheid waarmee de beide mannen hun dichterlijk spel bedreven, dat verfrissend afsteekt tegen de ernst waarmee poëzie gewoonlijk beoefend en beschouwd wordt."

Intussen werkte Scheltema gestaag door aan zijn proefschrift. Hij promoveerde in 1934 op Proeve eener theorie der actiones arbitrariae."
Later verbood hij z'n studenten dit werk te lezen, omdat, zo vertelde hij aan Lokin: "Er is mij gebleken, dat er te veel onzin in staat."

naar boven

Interview met N.E.M. Pareau

In 1937 verscheen een merkwaardig interview met N.E.M. Pareau, in het tijdschrift De Waag (dat enkele jaren later een uitgesproken nationaal-socialistische koers zou inslaan, maar dit terzijde). Het interview werd door Johan van der Woude samengesteld op basis van brieven en gesprekken. Enkele fragmenten:

 

"Ik wilde alleen maar zeggen, dat in litteris het oordeel moeilijk te oppervlakkig kan zijn en dat er in meeningsverschillen op dit punt slechts één argument bestaat: de vuist. En hiermede ben ik gekomen tot de critiek. Welnu, mijn inzicht in deze is bondig te formuleeren. ledere critiek, uitgezonderd wetenschappelijke critiek, is onzinnig.

De wetenschap ontleent deze uitzonderingspositie aan het feit, dat haar een vaste norm is geschonken, die elders ontbreekt, n.l. de logica. Wetenschappelijke critiek is dus toetsing aan de wetten dezer logica, die de wetenschap "selbstherrlich" tot norm heeft verheven. Daarom is critiek op deze wetten weer onmogelijk.

Waar ons in de kunst een maatstaf is onthouden, is ook iedere toetsing onmogelijk, ten ware aan het strikt persoonlijke gevoel van voldaanheid of onvoldaanheid. Uiting van deze critiek heeft slechts waarde voor hen, die haar in het kader van de persoon des critici beschouwen, d.w.z. voor zijn persoonlijke bekenden."

naar boven

(...)

" Eerlijk gezegd heb ik mij het laatste jaar geheel afgewend van de dichtkunst; de Nederlandsche zangberg is geen aantrekkelijk oord en weinig verhevener dan de hooge berg in het Noorderplantsoen.

Ook deze biedt het rondwarend oog slechts de daken van achterbuurten en de onwelriekende Spinhuisgracht, waarin 's winters knapen verdrinken, als zij zich op te zwak ijs begeven. Maar beneden staat het theehuisje met de zandbakken voor de kleinen. Daar zitten zij, de gezellige tantes, en kwebbelen van zonsopgang tot zonsondergang. Daar zitten zij, tante Engelman, die zooveel van schilderijtjes houdt, opoe Marsman en zelfs de oude moei Coster komt tegen bittertijd nog even aanwippen. Dan kleppert de scherpe tong der bejaarde juffer ter Braak en rekt Louise Lichtveld haar eindelooze verhalen. Zooals je ziet, dit dreigt zich uit te breiden tot een geloofsbekentenis. Maar sinds ik hoogere bergen heb bestegen, mijd ik het Noorderplantsoen"

Ook heb ik een deel der sonnetten van Petrarca ontleed en heb naar de gevonden regelen zelf een enkel sonnet samengesteld. Maar niet alleen zijn zij, gemeten naar deze maten, den arbeid des drukkers niet waard, tevens vermijd ik te zijn als een gestadig druppelende kraan, die geen forschen straal kan geven. Niet per ellemaat maar per kilometer worde het vers geknipt!"

naar boven

"De heer Vestdijk heeft mij teleurgesteld in zijn verzen; hij moet zich houden aan het korte proza (niet "Parc aux Cerfs", maar dat verhaal over dien jongen op de zandplaat). De Heer ter Braak heeft, bij zijn snedig oordeel, te weinig zelfcritiek; zijn werkkring is funest voor hem. De heer Greshoff is als een zon, die steeds ter kimme blijft; haar stralen blijven zwak en ik vrees, dat zij, na den kimboog beschreven te hebben, als middernachtzon weer verdwijnt. Wat echter mijn oordeel is over den aanmatigenden polyhistor Stuiveling kun je bevroeden; hij schijnt zijn poëtisch-statistisch bureel van de hand gedaan te hebben, en zich toe te leggen op beschrijvingen van mannen, die een of meer decennia geleden geboren of gestorven zijn. De aether, dien hij gaarne bezigt als voertuig van zijn gekeuvel, is als het water: het golft, om het even, of er een kikvorsch of een najade in duikt.

En wanneer schrijf jij nu eens een stukje proza, waarin niets gebeurt?!"

 

naar boven

Naar Amsterdam

Henssen: "Na zijn promotie had Scheltema verdere schreden gezet in de richting van een academische loopbaan. Hij schreef artikelen en recensies voor het Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis en het Rechtsgeleerd Magazijn." Hij hoopte - tevergeefs - op een benoeming tot lector aan de Universiteit van Amsterdam."

In 1939 overleed zijn broer F.G. ('Fop') Scheltema, hoogleraar in het handelsrecht aan de Universiteit van Amsterdam. Een jaar later voltooide Herman Scheltema een jaar later diens onvoltooid gebleven Nederlandsch burgerlijk bewijsrecht.

Henssen: "In januari 1940 werd Scheltema aan de Universiteit van Amsterdam toegelaten als privaatdocent Byzantijns recht. Toen de opvolger van zijn broer, prof. M.H. Bregstein, hier door de Duitse bezetter als jood werd ontslagen, nam hij op verzoek van de faculteit vanaf februari 1941 diens colleges waar."

Bij de colleges uitte hij herhaaldelijk anti-nationaal-socialistische opvattingen. Nadat hij daarover tweemaal verhoord was en hij door toeval ontkwam aan arrestatie, dook hij in januari 1942 onder. Eerst in Norg, later in Haren. Tijdens de onderduikperiode schreef hij Verzekeringsrecht, dat na de oorlog een standaardwerk over de algemene leer van de schadeverzekering werd.

naar boven

Hoogleraar in Groningen

Hensen: "Eind 1945 werd Scheltema hoogleraar Romeins recht en zijn geschiedenis te Groningen (...) Op 11 mei 1946 aanvaardde hij dit ambt met het uitspreken van de rede De nieuwere critiek op de Romeinsche rechtsbronnen uit den tijd voor Justinianus, waarin hij zich onder meer keerde tegen 'het philologisch dilettantisme van vele rechtshistorici'."



In datzelfde jaar verscheen ook de door A. Marja samengestelde bloemlezing Sint Maarten op de Montparnasse. In de verantwoording laat Scheltema over zijn alter-ego N.E.M. Pareau opnemen: "in de winter van 1945 overleden."



naar boven

Bassilica

Henssen: "Direct na zijn ambtsaanvaarding nam hij het besluit zelf zijn ideaal te verwezenlijken en geheel alleen een nieuwe, filologisch betrouwbare tekst van de Basilica te bezorgen; in internationale samenwerking zag hij toen geen heil meer. De immense omvang van de onderneming vervulde hem niettemin met twijfel: alleen al de belangrijkste te collationeren handschriften omvatten gezamenlijk ongeveer 5000 foliobladen. 'Het werk is te groot voor één mens', meende hij. Daarom trok hij, met overheidssubsidie, twee assistenten aan om hem in zijn titanenwerk bij te staan. Overeenkomstig zijn eerder verwoorde opvatting waren dat een filoloog en een jurist: in 1948 de classicus D. Holwerda en een jaar later de rechtshistoricus N. van der Wal. Beiden werden door hem grondig geschoold in het lezen van Griekse en Latijnse teksten van allerlei aard en in de paleografie. Vooral in het lezen van palimpsesthandschriften raakte het drietal zeer bedreven. Een waar huzarenstukje was in dit opzicht de indirecte reconstructie van de tekst van een tijdens de Tweede Wereldoorlog in Berlijn verloren gegane palimpsest."

In 1953, Scheltema woonde toen aan de Hooge der A 8, verscheen het eerste deel van de Groninger editie van de Basilica, en in de daarop-volgende 35 jaar zouden er nog zestien delen volgen.





Hooge der A 8, mei 2016
Google Streetview

naar boven

Rector-magnificus

In 1958-1959 was Scheltema rector-magnificusvan de Rijksuniversiteit Groningen. Over die functie vertelde hij naderhand dat hij deze vergelijkbaar vond met die van Prins Carnaval. Als rector-magnificus werd hij gevraagd een gesprek tussen hoogleraren en studenten te leiden, waarvan een verslag paginagroot werd afgedrukt in het Algemeen Handelsblad.

H.J. Scheltema: "De meer of minder geslaagde wetenschappelijke voordrachten, die gedurende enkele maanden van het jaar onder de naam college worden gegeven, zijn toch nauwelijks tot het onderwijs te rekenen. Ze ontberen daartoe enkele kenmerken - die onderwijs nu eenmaal heeft - namelijk, dat de student in staat is ze te begrijpen. Het is een notoir feit, dat dat over het algemeen niet het geval is. Tegen de tijd, dat de student voldoende kennis heeft verzameld om een college te volgen, studeert hij meestal af. Men moet de colleges dus meer als een soort ritueel beschouwen, dat de aandacht van de student periodiek op zijn studie vestigt."

naar boven

Als rector-magnificus had hij ook te maken met excessen bij ontgroeningen in het Groninger studentencorps - in september 1958 vielen daarbij meerdere gewonden. Daarover zei hij: "In hun grovere vorm zijn de groentijden een onwaardige en een stijlloze vertoning. In een lichtere vorm kunnen ze me niets schelen, maar helaas bestaat altijd de neiging tot vergroving. Ik heb het gevoel, dat een groot deel van de studenten zelf ook een beetje met de groentijd in de maag zit."

Henssen: "Op 7 juni 1977 ging Scheltema met emeritaat. Daarmee kwam een eind aan een markant hoogleraarschap. In de Groninger universitaire gemeenschap was Scheltema een kleurrijke, maar ook raadselachtige verschijning, niet alleen door zijn uiterlijk - het robuuste, bonkige gezicht, de stramme houding, de nonchalante, soms zelfs haveloze kleding, het onafscheidelijke stenen pijpje -, maar ook door zijn archaïsche uitdrukkingen en omgangsvormen, zijn excentrieke gedrag, zijn buitenissige humor en 'practical jokes', waarvan vooral studenten die tentamen bij hem deden, het slachtoffer werden."

naar boven

Destijds legden studenten bij de hoogleraren thuis hun tentamen af. Scheltema liet ze plaatsnemen op 'de apestoel', een met apenhuis beklede stoel. Dat deed hij, zo verklaarde hij, om de kandidaten op hun gemak te stellen. Af en toe stak hij een fietslamp in z'n neus, waardoor het leek alsof hij een grote snottebel had.

Henssen: "Zo ontstond rond de Groninger hoogleraar een legendevorming, die hij bewust heeft bevorderd. Aan zijn medewerkers verbood hij ieder verhaal over hem, hoe bizar ook, tegen te spreken. Maar in feite was dit alles een schild waarachter hij zijn verlegenheid, twijfel en eenzaamheid trachtte te verbergen."

"Na zijn emeritaat werkte Scheltema onvermoeibaar verder aan de Basilica -uitgave. Op 18 november 1981 kon het drukmanuscript van de drie nog resterende boekdelen feestelijk aan hem worden aangeboden. De 'zelfopgelegde levenslange slavernij', zoals hij placht te zeggen, was daarmee ten einde. Precies twee weken later overleed Scheltema."


Na een bezoek aan z'n stamcafé was ging hij bij zijn goede vriend J.H.A. Lokin langs om te eten. Daar las hij nog wat. Lokin, die even weg was gegaan om hem jenever te brengen, trof hem dood in de leesstoel aan, met z'n pijp nog in de hand.

H.J. Scheltema was eredoctor aan de Universiteit van Erlangen, Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, lid van de Koninklijke Nederlandse Academie van wetenschappen, ere-lid van de griekse Academie van Wetenschappen, alsmede ere-lid van het Byzantijnse Genootschap van Sicilië.

Hij is op 7 december 1981 op de Algemene Begraafplaats te Nes, Ameland, begraven.

H.J. Scheltema was als N.E.M. Pareau medewerker aan onder meer Werk (1939), De Gids (1941) en Regionale Omroep Noord (1950).

naar boven

Over N.E.M. Pareau

E.W.A. Henssen
Langs zelf gekozen paden
Het leven van H.J. Scheltema, N.E.M. Pareau & Mr. J.Jer. van Nes

Querido, Amsterdam, 1982. 272p.



Noordstar en Pareau. Presentatie en samenstelling Leo Siepe. Plantage Magazine. VPRO-radio, 13-12-1988. Ca. 60 minuten. Een programma over de dichters J.C. Noordstar (1907-1987) en N. Pareau (1906-1981) ; m.m.v. de uitgever Reinold Kuipers , Emile Henssen, biograaf van Pareau, Prof. Jonxis, jeugdvriend van de dichters en Dick Leutscher brengt muziekstukken van Pareau ten gehore, waaronder 'Hommage aan Groningen'.

J.C. Noordstar. De zwanen & andere gedichten, & proza
N.E.M. Pareau. Sonnetten & andere gedichten, & proza
Rudolf Escher & Reinold Kuipers. J. C. Noordstar, N. E. M. Pareau & Ebenhaëzer. Querido, Amsterdam, 2000. 3 dl. (71, 77, 70 p.). poëzie, proza en biografieën.

naar boven



Dichtbundels:
[alleen werken van 6 of meer pagina's zijn opgenomen]

Het pierement. Door Community Singing [Community Singing is collectief pseudoniem van Halbo C. Kool, A.J.P. Tammes [=J.C. Noordstar], Herman Poort en H.J. Scheltema [= N.E.M. Pareau]. - Tekening op omslag mogelijk van Jan Wiegers]. [H.N. Werkman], [Groningen], [1930 of 1931]. Omvang: [16] p. Ab Visser, in 't Peerd van Ome Loeks (1970): '[Deze bundel verzen] had geen officiële status, zoals het Vrije Bladennummer [= Groningsche dichters, 1934], maar het was een frisse stunt, vooral omdat het door medewerkers tijdens de meikermis verkocht werd op straathoeken.'
http://www.geheugenvannederland.nl/?/nl/items/KBMI01:LblMeertens38302

De jaargetijden [tek. Max Ali Cohen]. [Eigen beheer], Groningen, 1935. [9]p.

N. E.M.Pareau en J.C. Noordstar
Argos et Arcadia
Rozenbeek en Venemans, Hilversum, [1935]. 31p.
De Vrije Bladen, jrg 12, schrift 12.




   
XXVIII Sonnetten
A.A. Balkema, Amsterdam, 1942. 36p.
Verschenen januari 1942.
Online in Geheugen van Nederland.



   
Sonnetten
Querido, Amsterdam, 1965. 35p.
2de druk 1980, in De Boekvinkreeks bij Querido, 35p.





De Drentsche A. [Met een aantek. van T. van deel]. [J. Meijer], Amsterdam, 1976. 19p. Oplage 45 genummerde ex. Oorspronkelijk verschenen in De vrije bladen, 1934 (jrg. 11, schrift 8 en 9).

I. De Zondagsdrukkers, Amstelveen, 1984. [8]p. Oplage 30 ex.

J.C. Noordstar. De zwanen & andere gedichten, & proza; N.E.M. Pareau. Sonnetten & andere gedichten, & proza; Rudolf Escher & Reinold Kuipers. J. C. Noordstar, N. E. M. Pareau & Ebenhaëzer. Querido, Amsterdam, 2000. 3 dl. (71, 77, 70 p.). poëzie, proza en biografieën.

Andere literaire genres

Mengelingen. Eerste stukje. Eben Haëzer [= eigen beheer], Groningen, 1933. 16p. Proza.

Scheltema's wetenschappelijke werken werden onder zijn eigen naam gepubliceerd.

naar boven


Bloemlezingen:

Poëzie van N.E.M. Pareau is in deze bloemlezingen aangetroffen:

In memoriam Herman Poort. W. de Haan, Utrecht, 1934.
Nieuwste dichtkunst. Bigot en Van Rossum, Amsterdam, [1934].
Kristal. Letterkundige productie 1935. De Spieghel/Het Kompas, Amsterdam/Antwerpen, [1935].
Jonge most. Van Dishoeck, Bussum, [1936].
Nieuwste dichtkunst. Bigot & Van Rossum, Amsterdam, [1938] (4e druk).

naar boven

Dichters van dezen tijd, Van Kampen, Amsterdam, 1941 (14de herz. druk).
Groningsche poëzie.  Balkema, Amsterdam, 1941.
Twee lentes. A.A.M. Stols, Rijswijk, 1941.
Stille opmars. Wereldbibliotheek, Amsterdam, 1942.
Twee recht, twee averecht. De Driehoek, 's-Graveland, [1942].
Levende dichters. U.-M. “West-Friesland”, Hoorn, 1946.
Sint Maarten op de Montparnasse. Kroonder, Bussum, 1946.
Dichters van dezen tijd. Van Kampen, Amsterdam, 1947 (15de herz. druk).
Dichters van dezen tijd. Van Kampen, Amsterdam, 1948 (16de herz. druk).

naar boven

Dichters van dezen tijd. P.N. van Kampen, Amsterdam, 1950 (17de herz. druk).
De muze op zee. VBBB, [Amsterdam], 1951.
Dichters van dezen tijd, Van Kampen, Amsterdam, 1951 (18e herz. druk).
De speelse muze. VBBB, [Amsterdam], 1952.
De muze en de seizoenen. VBBB, [Amsterdam], 1953.
Spiegel van de Nederlandse poëzie door alle eeuwen. Dl. 2: 1900-1940. Meulenhoff, Amsterdam, 1953.
De muze en de dieren. VBBB, [Amsterdam], 1954.
Facetten der Nederlandse poëzie. Van Martinus Nijhoff tot Herwig Hensen. Nijgh & Van Ditmar, 's-Gravenhage, [1954].
Ongerijmde rijmen. Spectrum, Utrecht, 1954.
"Kom haastig!" Kok, Kampen, 1957.
Lachen is leven. ‘Utrecht’, Utrecht, 1958.
Nederlandse poëzie van de 20ste eeuw. Het Spectrum, Utrecht / Antwerpen, [1958].

naar boven

Het gevleugelde hobbelpaard. Het Spectrum, Utrecht-Antwerpen, 1961.
Palet. Wolters, Groningen, 1967 (7de herz. druk 1967)
Een nieuwe bundel verzen. Meulenhoff, Amsterdam, [1969]. (14de gewijzigde druk).

naar boven

Het Paard,.L.J. Veen, Wageningen, 1971.
Het groot jaargetijdenboek. Uitgeverij Orbis en Orion, Beveren, 1971.
Lees eens een gedicht. V&D/Querido, Amsterdam, 1971.
Brokkelpak. Vroom & Dreesmann, Amsterdam, 1972.
De Nederlandse poëzie van de 19de en 20ste eeuw. Bert Bakker, Amsterdam, 1979.
Spiegel van de Nederlandse poëzie. Dichters van de twintigste eeuw. [Dl.2]. Meulenhoff, Amsterdam, 1979.

naar boven

Aarts' letterkundige almanak voor het P.C. Hooftjaar 1981. Aarts, Amsterdam, [1980].
Het land der letteren. Meulenhoff, Amsterdam, 1982.
Is dit genoeg: een stuk of wat gedichten. Elsevier Manteau, Amsterdam/Antwerpen, 1982.
Ik wou dat ik twee hondjes was. Bert Bakker, Amsterdam, 1982.
Ik wou dat ik twee hondjes was. Bert Bakker, Amsterdam, 1983 (6de vermeerderde druk).
Spiegel van de Nederlandse poëzie. Meulenhoff, Amsterdam, 5e editie, 1984.
200 Sonnetten. Sijthoff, Amsterdam, 1985.
Dichters over dichters. Sijthoff, Amsterdam, 1986.
De Nederlandse poëzie van de 19de en 20ste eeuw. Bert Bakker, Amsterdam, 1987 (8e herziene druk).

naar boven

Inkt van dizze stad. Gemeente Groningen, Groningen, 1990.
Paardenliefde. Elmar, Rijswijk, 1991.
Spiegel van de moderne Nederlandse poëzie. Meulenhoff/Kritak, Amsterdam/Leuven, 1992. 6e editie.
Dag in, dicht uit, Inmerc, Wormerveer, 1994.
De Nederlandse poëzie van de 19de en 20ste eeuw. Bert Bakker, Amsterdam, 1996 (10e herziene druk).
Dat schitterende water. BZZTÔH. 's-Gravenhage, 1996.
Ik wou dat ik twee hondjes was. Ooievaar, Amsterdam, 1997 (18e druk).
Lachen mag van God. Bert Bakker, Amsterdam, 1997.

naar boven

Groningen. De stad in gedichten. Uitgeverij 521, Amsterdam, 2003.
Zonder verbeelding geen tuin. Contact, Amsterdam/ Antwerpen, 2003.
Komrij's Nederlandse poëzie van de 19de t/m de 21ste eeuw in 2000 en enige gedichten. Bert Bakker, Amsterdam, 2004.
Spiegel van de moderne Nederlandse en Vlaamse dichtkunst. Balans, Amsterdam, 2005.
Groningen. Stad, land en letteren. Stichting Achterland, Zeist, 2008.

naar boven



Bronnen

Afkortingen: KBr en KBDH - Koninklijke Bibliotheek Brussel resp. Den Haag; LR - Lectuur Repertorium; PCG en PCNL - Poëziecentrum Gent resp. Nederland; s.n. / s.l. / s.a. - sine nomine / loco / anno = zonder naam [van uitgeverij] / plaatsnaam / jaartal.


* Foto uit: Leeuwarder Courant, 27-06-1992. Fotograaf onbekend.

DBNL: N.E.M. Pareau
http://www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=pare001
E.W.A. Henssen. 'Scheltema, Herman Jan (1906-1981)', in Biografisch Woordenboek van Nederland. (2013)
http://resources.huygens.knaw.nl/bwn1880-2000/lemmata/bwn5/scheltem

Mr. E. Elias. Groningen, Arcadia der poëten. Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant, 27-09-1934
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMRANM02:000033397:mpeg21:a0074
Mr. E. Elias. Onecht gesteente. Nieuwsblad van het Noorden, 26-10-1935.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010673729:mpeg21:a0335
Johan van der Woude. Sprekende schrijvers. III. N.E.M. Pareau. Paladijn der baldadige oppervlakkigheid. De Waag, 05-06-1937.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010310681:mpeg21:a0028
NN. Kunst uit de tijdschriften. Gooi- en Eemlander, 12-02-1939.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011172993:mpeg21:a0006
G.H. 's-Gravesande. Epische en lyrische poëzie. Het Vaderland, 01-03-1942.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010020153:mpeg21:a0093
NN. Inaugureele rede PROF. Mr. H.J. Scheltema. Nieuwsblad van het Noorden, 13-05-1946.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010884869:mpeg21:a0029
Familiebericht. Nieuwsblad van het Noorden, 04-11-1947.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010885577:mpeg21:a0074
NN. Prof G. Scheltema †. Nieuwsblad van het Noorden, 15-01-1951.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010761954:mpeg21:a0036
NN. Prof. G. Scheltema op Ameland begraven. Leeuwarder Courant, 19-01-1951.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010612865:mpeg21:a0149
Lectuur-Repertorium. Deel 2. A.S.K.B., Vlaamsche Boekcentrale/Nederland's Boekhuis, Antwerpen/Tilburg, 1953.
NN. Bezwaren tegen het Stadhuisplan. Nieuwsblad van het Noorden, 04-06-1953.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010677077:mpeg21:a0118
NN. Duitse eredoctoraat voor prof. mr. H.J. Scheltema. Leeuwarder Courant, 21-03-1957.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010614667:mpeg21:a0118
NN. Eredoctoraat voor prof. mr. H.J. Scheltema. Nieuwsblad van het Noorden, 16-05-1957.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010677137:mpeg21:a0014
NN. Rectores-magnifici aan Rijk Universiteiten benoemd. Leeuwarder Courant, 13-08-1958.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010615092:mpeg21:a0113
NN. Prof. Scheltema ontvangt ambtsketen uit handen van de pro-rector. Nieuwsblad van het Noorden, 15-09-1958.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010677797:mpeg21:a0035
NN. Excessen bij ontgroeningen in de universiteiten. De Telegraaf, 24-09-1958.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110587780:mpeg21:a0165
NN. Onderzoek naar ontgroening in Groningen. Nieuwsblad van het Noorden, 27-09-1958.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010677808:mpeg21:a0030
NN. Duits stadsportret [Over radioreportage over Groningen, Nord Deutsche Rundfunk, 23-04-1959]. Nieuwsblad van het Noorden, 24-03-1959.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010678135:mpeg21:a0186
NN. Hangt de universiteit van rituelen aan elkaar [Gesprek o.l.v. H.J. Scheltema]. Algemeen Handelsblad, 17-06-1959.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000037008:mpeg21:a0204
NN. Prof. mr. H.J. Scheltema: Elk gewest, elke stad wil een universiteit. Leeuwarder Courant, 22-09-1959.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010615431:mpeg21:a0158
NN. de Koninklijke Onderscheidingen. Nieuwsblad van het Noorden, 27-04-1962.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010889738:mpeg21:a0250
NN. Onderzoek ontgroenen in Groningen. Leeuwarder Courant, 27-03-1963.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010616503:mpeg21:a0148
Johan van der Woude. Dichters en schrijvers rondom Herman Poort in de twintiger en dertiger jaren. Nieuwsblad van het Noorden, 02-05-1964.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010676135:mpeg21:a0348
Ab Visser. Dichters met eerbied voor gewone dingen. De Telegraaf, 08-09-1967.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110590294:mpeg21:a0366
Klaas de Wit. Curieuze poëzie uit de dertiger jaren. Leeuwarder Courant, 09-09-1967
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010617844:mpeg21:a0289
Ab Visser. 't Peerd van Ome Loeks. De Arbeiderspers, Amsterdam, 1970. 109p.
Index van het boek (samenstelling NPE, 2014)
NN. Verlaat verjaardagsfeest rond prof. mr. Scheltema. Nieuwsblad van het Noorden, 28-01-1972.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011016272:mpeg21:a0275
Familiebericht, De Telegraaf, 04-12-1981.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011205180:mpeg21:a0346
Prof. mr. J.H.A. Lokin. In Memoriam H.J. Scheltema. Nieuwsblad van het Noorden, 04-12-1981.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011008427:mpeg21:a0354
NN. Prof. Scheltema overleden. De Telegraaf, 04-12-1981.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011205180:mpeg21:a0367
NN. Prof. Scheltema (74) uit Groningen overleden. NRC Handelsblad, 07-12-2016.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000028482:mpeg21:a0035
Eric Bos. 100 jaar Bragi. Nieuwsblad van het Noorden, 23-04-1982.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011010403:mpeg21:a0411
Gerlof Leistra. J.C. Noordstar: student-dichter. Nieuwsblad van het Noorden, 27-08-1987.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011000943:mpeg21:a0233
Ton van der Werf. Groningen centrum van Grieks-Romeins recht. Nieuwsblad van het Noorden, 05-05-1988.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011001153:mpeg21:a0174
NN. Portret jurist Scheltema in eregallerij Academiegebouw. Nieuwsblad van het Noorden, 23-05-1992.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011019961:mpeg21:a0559
Berto Merx. Professor H.J. Scheltema, een leven lang Vindicator. Biografie over Groninger hoogleraar. Nieuwsblad van het Noorden, 10-06-1992.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011020032:mpeg21:a0248
W. Otterspeer. Een klein dichter en een groot geleerde. NRC Handelsblad, 19-06-1992
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=KBNRC01:000035014:mpeg21:a0266
Chris Kruisinga. een frjemde nút in Groningen. Leeuwarder Courant, 27-06-1992.
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010622661:mpeg21:a0666
Hans Heesen, Harry Jansen en Ed Schilders. Waar ligt Poot? Over de dood en de laatste rustplaats van Nederlandse en Vlaamse schrijvers. De Prom, Baarn, 1997.
Bregje Boonstra en Roger Cremers. 'Hou het licht'. [Interview met Reinold Kuipers. De Groene Amsterdammer, 17-11-1999.
https://www.groene.nl/artikel/hou-het-licht
Anton Korteweg. Jongens waren wij. Noordstar & Pareau. Ons Erfdeel. Jaargang 44, 2001.
http://www.dbnl.org/tekst/_ons003200101_01/_ons003200101_01_0171.php
T. van Deel. Geheimtip voor de poëzieliefhebber. Trouw, 03-03-2001.
http://www.trouw.nl/tr/nl/4512/Cultuur/article/detail/2494110/2001/03/03/
Geheimtip-voor-de-poezieliefhebber.dhtml

Guus Middag. Het vol bouquet der woorden. NRC Handelsblad, 10-08-2001.
https://www.nrc.nl/nieuws/2001/08/10/het-vol-bouquet-der-woorden-7552820-a1389621
Herman Sandman. Arcadia der Poëten. Het literaire leven in Groningen 1945-2005. Uitgeverij Passage, Groningen, 2008.

Boeken, brieven en/of materiaal van, over en/of aan N.E.M. Pareau bevinden zich in:

Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, Antwerpen
Groninger Archieven, Groningen
Koninklijke Bibliotheek, Brussel
Koninklijke Bibliotheek, Den Haag
Letterkundig Museum, Den Haag
Poëziecentrum, Gent
Poëziecentrum Nederland, Nijmegen

naar boven


deze pagina is mede mogelijk gemaakt door:


Vrienden van de Nederlandse Poëzie Encyclopedie

partners


© De Nederlandse Poëzie Encyclopedie, 2013-2018

Webdesign Revan Barlas