|
|||||||
versie: 01-04-2014 - redacteur: Natasha Gerson
Journalist, uitgever, politicus en dichter. Louis M. Hermans werd geboren in een Amsterdamse theaterfamilie. Een aangetrouwde oom en medespeler van zijn ouders was de Haagse Hendrik Beem (1822-?), die optrad als 'Leevende Dichtmachien' in Scheveningen. De kleine stukjes in Recht voor Allen waren het begin van Hermans lange loopbaan als bezoldigd en onbezoldigd sociaal-democratisch propagandist in verschillende hoedanigheden, en later zelfs Tweede Kamerlid. Bij zijn lange en vele voordragen stond hem zijn spraakgebrek blijkbaar niet in de weg, terwijl dit toch behoorlijk hevig moet zijn geweest. Louis de Visser,de CPN-voorzitter en latere verzetsstrijder gaf zijn merkwaardige spreekwijze in zijn vooroorlogse Herinneringen aan mijn Leeven fonetisch weer: "Ja, mijnheeg de voogzitteg, ik, Heggemans! De spgeekeg is blijkbaag het spgeekwoogd veggeten, al is de leugen nog zo snel, de waagheid achteggaald hem wel!" Tijdens zijn gevangenisstraf –na een half jaar werd hij vrijgelaten wegens goed gedrag- raakte Hermans geïnteresseerd in het lot van gedetineerden en deed hij onderzoek naar wantoestanden in de volkshuisvesting. Hij trouwde kort daarop met Augusta Kleine, en kreeg een dochter, Louisa, de latere kinderboekenschrijfster. Daarna werd Hermans wat bedaagder. Hij kwam in de Amsterdamse Gemeenteraad en werd vervolgens Tweede Kamerlid voor De SDAP, de 'ouwewijvenclub' die hij eerst had bestreden. "Van zijn politieke gedichten kan de literaire betekenis niet hoog aangeslagen worden, hoeveel succes hij er ook mee gehad mag hebben" schreef Albert F. Mellink in 1987 zuinigjes in het BWSA, de 'Who’s who’'van de Socialistische Arbeidersbeweging. Literair hoogstaand misschien niet. Maar wel bestendig.
Bloemlezingen:
deze pagina is mede mogelijk gemaakt door: |
|||||||
![]() |
|||||||